Powered By Blogger

donderdag 16 mei 2013

Titelstress

Wat ik van mezelf in mijn hoofdpersonages heb gestopt, vraag je. Zit er sowieso niet in al je fictieve karakters iets van jezelf? Ik bedoel: de personages die je bedenkt komen uit jou als schrijver voort. Jij hebt ze bedacht, ze zijn in jouw brein geboren. Kan het dan zijn dat er dan helemaal geen enkel kenmerk van jezelf in zit? Niks? Nada? Geen idee eigenlijk.

De beide hoofdpersonages in Spel hebben wel iets van mij, de een wat meer dan de ander. Ilse schrijft, wordt getriggerd door het duistere in mensen, is op z’n tijd lekker sarcastisch en heeft een grote mond, maar een klein hartje. Allemaal Ellen-kenmerken. Bouchra staat iets verder van me vandaan. Toch zijn er eigenschappen die we gemeen hebben. Ons doorzettingsvermogen, bijvoorbeeld, en die soms dromerige manier van naar het leven kijken.  

En je vraagt ook naar Fransje, de hoofdpersoon in het gelijknamige kinderboek dat ik heb geschreven. Ha! Fransje is negen jaar en de grootste etter die je maar kunt bedenken. Hij pest, plaagt en kwelt iedereen die op zijn pad komt. Fransje stopt kikkers in je drinken, beschiet vlekkeloze witte jasjes met rode besjes en duwt rattenkeutels tussen je brood. Fransje is zo'n snotjong dat vóór de gymles stiekem de schroefjes van het klimrek los schroeft en zichzelf dan ziekmeldt. Fransje laat machteloze dieren liters cola drinken, zodat ze dagenlang liggen te boeren en te ruften...
Fransje is verschrikkelijk. Euh… of Fransje op mij lijkt? Tuurlijk niet!

Genoeg over mijn hoofdpersonages. Even iets heel anders. Ik heb stress. Titelstress. Toen ik begon aan mijn thriller, wist ik nog niet precies waar het allemaal naartoe ging. Oké, ik had een globaal idee, een ruwe schets, en de schrijfsels die ik schreef sloeg ik op onder de noemer ‘thriller’. Stom, vond ik. Een écht boek, heeft een titel nodig, al is het in het begin nog maar een werktitel. En dus bedacht ik er eentje: Spel. Lekker makkelijk. Later kom ik wel met wat anders, hield ik mezelf voor. Maar dat ‘anders’ kwam maar nooit. En is er nog steeds niet. Damn!

Zou ik zelf een boek kopen met de titel ‘Spel’? Eerlijk? Neu. Ik word er niet warm van, hij sleept me niet mee, ik poep niet in mijn broek van spanning. ‘Spel’ triggert niet. En dus: titelstress! Spel heeft een andere naam nodig. Dringend. Want ik wil binnenkort wat uitgevers benaderen en dat doe ik natuurlijk het liefst met een rete-goeie titel. Eentje die ze gelijk van hun stoel beukt van geweldigheid.  
Maar letten uitgevers eigenlijk op de originaliteit van een titel? Of kan die titel ze geen moer schelen omdat deze toch vaak door henzelf wordt aangepast om promotionele redenen? Wat denk jij, Olga? En heb jij eigenlijk ooit getwijfeld aan de titel ‘Dodenweg’?

Ellen